• Shamatha meditatie •
Lezing
Aandachttraining fasen 5-7 WEERGEVEN
5. Getemde aandacht: geest redelijk stabiel, tevredenheid.
6. Gerustgestelde aandacht.
7. Volledig gerustgestelde aandacht, enthousiasme, vertrouwdheid.
Meer subtiele oefeningen:
- De geest laten rusten in de natuurlijke staat, gewaar van geestesruimte en mentale verschijnselen
- Continuïteit van aandacht verder ontwikkelen (developing)
- Levendige helderheid, enthousiasme: lichaam en geest meer tot rust
- Introspectie gaat meer vanzelf en is steeds minder nodig
- Fase 5: rust in de ervaring, gedachten nog steeds als een rivier die door de bedding stroomt
- Fasen 6 en 7: rust en meer vertrouwdheid in de ervaring, gedachten als een rivier die langzaam in de vallei voortgaat
- Te vinden in o.a. Mahamudra (Kagyu), Dzogchen (Nyingma en Bön) meditatie tradities.
Omgaan met belemmeringen WEERGEVEN
5 Belemmeringen voor Vooruitgang
- Lethargie en slaperigheid
- Twijfel
- Kwaadwilligheid, boosheid
- Opwinding en angst
- Zinnelijke begeerte
Met Shamatha meditatie ontwikkelen we de kwaliteiten die nodig zijn om de belemmeringen te doen minderen en vervagen. Vooral introspectie is behulpzaam om aandacht bij te sturen als er een hindernis optreedt. Eerst zetten we introspectie bewust in, na verloop van tijd gaat introspectie meer vanzelf en uiteindelijk is het niet meer nodig: dan treden de hindernissen niet meer op of zijn slechts heel licht op de achtergrond aanwezig zonder noemenswaardige invloed en ontstaat er geleidelijk aan toegangsconcentratie.
5 Opeenvolgende Mentale Kwaliteiten van Stabilisatie
- Gerichte aandacht: werkzaam tegen lethargie en slaperigheid.
- Nauwkeurig opletten: werkzaam tegen twijfel.
- Enthousiasme: werkzaam tegen kwaadwilligheid.
- Vreugde – een gevoel van welzijn: werkzaam tegen opwinding en angst.
- Concentratie voortvloeiend uit een evenwichtige geest: werkzaam tegen zinnelijke begeerte.
‘De Boeddha zei: ‘Iemand die vreugdevol is, diens geest geraakt geconcentreerd.’ Concentratie, of samādhi, ontstaat vanuit vreugde. Die vreugde doet zich niet voor omdat je aan iets leuks denkt, niet vanwege een aangename stimulus, maar wanneer zij meer uit de evenwichtige aard van de geest zelf voortkomt. Concentratie ruimt het laatst overgebleven obstakel uit de weg, namelijk de zinnelijke begeerte. Wanneer de geest in Samādhi geraakt, verdwijnt begeerte. Niet omdat je een geweldige asceet bent geworden, maar omdat je iets hebt gevonden dat zo veel beter is dan welk zinnelijk genot je ook kan bieden.’*
* Bron: Alan Wallace, Liefdevolle aandacht, Kunchab Publicaties: 2000, blz. 89
Objecten en het kiezen van een object WEERGEVEN
- Visualisatie
In de Tibetaanse traditie is het meditatie object voor Shamatha beoefening meestal een visualisatie, bijvoorbeeld een beeld van de Boeddha. - Afbeelding
In de Bön traditie wordt een zichtbaar hulpmiddel gebruikt als voorbereidende oefening, namelijk de Tibetaanse letter A. Het gebruik van een fysiek hulpmiddel voor de concentratie oefening heeft als reden dat het makkelijker te doen is dan een mentaal beeld. - Adem
Bewustzijn van de adem is een techniek die vaker in Zuidoost-Azië wordt beoefend, waar het accent meer op opmerkzaamheid ligt dan op verbeeldingskracht. Een van de voordelen van adembewustzijn is dat je hiermee gemakkelijker op gang komt. - Geest
Het observeren van de geest, zoals in de Mahamudra en Dzogchen tradities gebruikelijk is, wordt beschouwd als een noodzakelijke en fundamentele oefening. We brengen de bewegende geest tot kalmte en leren deze te beheersen door de natuurlijke staat van de geest te ervaren. - Zonder object
Als het gewaar zijn steeds meer subtiel en helder aanwezig is, zonder afleidingen of andere belemmeringen, dan vervalt het object en richt de aandacht zich op het gewaar zijn zelf. Er is helderheid en ruimte. - De hartkwaliteiten
Liefdevolle vriendelijkheid, mededogen, medevreugde, gelijkmoedigheid. - De zintuigen en de elementen
Voelen, zien, horen, ruiken, proeven – tast, vorm, geluid, geur, smaak.
Aarde, water, vuur, lucht en ruimte (innerlijk en uiterlijk).
Over het kiezen van een object
Het vergt vallen en opstaan om uit te vinden welk object het beste voor je werkt. Het is afhankelijk van je specifieke situatie, persoonlijk temperament en je vermogens. Ben je visueel ingesteld of fysiek, verbaal of auditief? Een goede toets om te weten welk object behulpzaam voor je is, is om na te gaan of het helpt om de intensiteit van de hindernissen te doen afnemen. Helpt het om lichaam en geest te kalmeren, helder en dienstbaar te laten zijn?
Bronnen:
Tenzin Wangyal Rinpoche, Het wonder van onze oorspronkelijke geest, Dzogchen in de böntraditie van Tibet, Elmar: 2001.
Alan Wallace, Liefdevolle aandacht, Kunchab: 2000.
Alan Wallace, The attention revolution, Wisdom: 2006.
Yongey Mingyur Rinpoche, Je leven een bron van vreugde, over wetenschap, meditatie en geluk, Servire: 2007.
Bhikku Nanamoli, Visuddhimagga, the Path of Purification, BPS: 1999 (1975, 1991): hierin worden 40 objecten beschreven.
Meditatie
We laten niet zozeer de inhoud van mentale verschijnselen los, maar het hechten eraan laten we gaan en we verblijven in de stilte van de ruimte. We zien de verschijnselen opkomen en weer oplossen of verdwijnen in deze ruimte. Het is een subtieler gebied waarin de aandacht verblijft.
Voorbeelden van mentale verschijnselen zijn gedachten die reiken naar het verleden, naar het heden of naar de toekomst, stemming, emoties, fantasieën of innerlijke beelden.
Bij deze meditatie openen we de ogen met een dagdroomblik, zodat de scheiding tussen binnen en buiten niet zo sterk aanwezig is. De scheiding tussen lichaam en geest vervaagt hiermee en er is meer ruimtelijkheid. Maar als het je onrust geeft, ook na enig oefenen, dan kun je de ogen sluiten als dit prettiger voor je voelt. Na verloop van tijd probeer je het gewoon nog een keer.
Als je tijdens de meditatie merkt dat je de weg kwijtraakt of vast komt te zitten, keer dan met aandacht terug naar je gegronde houding en voel de beweging van de adem in je lichaam en ontspan hierin. Als je weer in balans aanwezig bent, dan kun je weer oefenen met het verleggen van de aandacht naar de geestesruimte en naar de verschijnselen die zich hierin voordoen.
Reflectievragen om je ervaring te verkennen:
- Hoe ging het verleggen van de aandacht van lichaam naar geest? Wat merkte je?
- Kwamen er hindernissen om het hoekje kijken? Zo ja, welke?
- Is introspectie behulpzaam voor je? Op welke manier?
- Wat merkte je aan de beweeglijkheid van de geest?
Mahā-vedalla Sutta
Mahā-vedalla Sutta WEERGEVEN
In dit sutta vindt een gesprek plaats tussen Sāriputta, een van de twee belangrijkste leerlingen van de Boeddha, en Mahākotthita, oorspronkelijk een brahmaan met grote kennis van de Veda’s die zich ontwikkelde tot een meester in de logische analyse binnen de Orde van de Boeddha. Mahākotthita vraagt aan Sāriputta:
‘Hoeveel factoren heeft men opgegeven in het eerste meditatiestadium, vriend, en met hoeveel factoren is men uitgerust?’
Hierop antwoordt Sāriputta:
‘In het eerste meditatiestadium heeft men vijf factoren opgegeven en is men uitgerust met vijf factoren. Wanneer een monnik het eerste meditatiestadium bereikt heeft, heeft hij het verlangen naar geneugten opgegeven, heeft hij boosheid opgegeven, heeft hij sloomheid en traagheid opgegeven, heeft hij opgewonden piekeren (over fouten in het verleden) en twijfel opgegeven. Nadenken, overwegen, vreugde, geluk en eenpuntigheid van geest zijn aanwezig. In het eerste meditatiestadium heeft men zo vijf factoren opgegeven en is men zo uitgerust met vijf (andere) factoren.’
Bron:
Janssen en de Breet, Majjhima-Nikāya, De verzameling van middellange leerredes, Mahā-vedalla-Sutta, de grote catechismus, I, 294-295, blz. 452
Thuisbeoefening
Thuisbeoefening formeel, informeel en ter contemplatie: WEERGEVEN
Formeel thuisbeoefening
Dagelijks de 15 minuten meditatie – geestesruimte en mentale verschijnselen, ogen open.
Informeel voor binnen
Gebruik regelmatig je voorwerp ter herinnering om te pauzeren en te ontspannen. Breng je aandacht naar de geestesruimte en ontspan hierin, zie de mentale verschijnselen zonder er iets mee te hoeven doen, zonder voorkeur en zonder afkeer.
Informeel voor buiten
Gebruik je voorwerp ter herinnering. Kijk naar de ruimte en breng je aandacht naar de geestesruimte en ontspan hierin, zie de mentale verschijnselen zonder er iets mee te hoeven doen, zonder voorkeur en zonder afkeer.
Ter contemplatie
Hoe is het gesteld met helderheid van geest en ruimhartigheid in het dagelijks leven? Komen er belemmeringen om het hoekje kijken? Welke?